15 juni 2025: In het rood tegen Israël – maar wie kleurt nog rood van schaamte?
Een herhalend patroon van demonisering
Op 15 juni staat er opnieuw een demonstratie gepland — “tegen Israël”. Wéér wordt het woord genocide als ideologisch wapen ingezet tegen de enige Joodse staat ter wereld. En opnieuw blijft het oorverdovend stil vanuit politiek, media en kerken. Wat zich voordoet als strijd voor mensenrechten, is in werkelijkheid een groeiende storm van anti-zionisme, vermomd als morele verontwaardiging. Dit is geen neutrale roep om rechtvaardigheid, maar het systematisch zwartmaken van Israël. Dit raakt ook onze Joodse buren in Nederland. Woorden hebben kracht. Slogans bouwen muren. Het publieke klimaat wordt vergiftigd.
Rood van protest, rood van schaamte?
Veel demonstranten lopen in het rood, met Palestijnse sjaaltjes en leuzen, zogenaamd uit medeleven. Maar wat zichtbaar wordt, is collectief geheugenverlies – of erger nog, collectieve leugen.
Men zegt: “Het gaat ons om mensenrechten.” Wie beter kijkt, ziet een eenzijdige focus en een structureel zwijgen over het lijden van Israël. Israël, een democratische staat die zich verdedigt tegen terrorisme, wordt beschuldigd van genocide. Terwijl over de slachting op 7 oktober nauwelijks wordt gesproken en de namen van gijzelaars vergeten lijken. Het trauma van generaties wordt genegeerd.
Kerk en publieke opinie: een gevaarlijke kloof
Veel kerken spiegelen zich liever aan publieke opinie dan aan het Woord van God. Sentimenten als “gerechtigheid” worden ingevuld vanuit een seculier mensbeeld, niet vanuit de Bijbelse werkelijkheid van zonde, verlossing en belofte. In sommige oecumenische stromingen heeft de zogenaamde Palestijnse bevrijdingstheologie ingang gevonden: een theologie die Jezus maakt tot Palestijn en Israël tot onderdrukker. Zo worden Gods eeuwige verbonden met Israël genegeerd.
De impliciete boodschap is: Israël heeft geen bestaansrecht. Dit is geen gerechtigheid, maar demonisering en delegitimatie — een aanval op het Joodse volk, verpakt in de taal van compassie.
Gevaarlijke retoriek voedt antisemitisme
Deze retoriek vergiftigt het publieke debat en geeft zuurstof aan antisemitisme. Israël wordt als “dader” neergezet, terwijl terreurbewegingen als Hamas nauwelijks worden genoemd. Zo verliezen we waarheid én ons moreel kompas. Joodse Nederlanders voelen zich opnieuw bedreigd.
Haat begint zelden met feiten, maar altijd met framing. Het woord genocide, verwijzend naar de moord op miljoenen Joden, wordt achteloos gebruikt voor Israël — dat zich verdedigt tegen vernietiging. Dit is niet alleen vals, het bagatelliseert ware genocide en zet aan tot haat.
Waar blijft het protest tegen Hamas?
Wie zwijgt, stemt toe. Waar zijn de stemmen van kerk en politiek die opkomen voor waarheid en het recht op zelfverdediging?
Waar is het protest tegen Hamas’ misbruik van ziekenhuizen, het inzetten van kinderen als menselijk schild, en het vasthouden van gijzelaars?
Men demonstreert tegen Israël, maar zwijgt over de misdaden van de terreurbeweging die dit conflict begon en gaande houdt. Dit is geen liefde voor de onderdrukte, maar medeplichtigheid aan het kwaad.
Tijd om op te staan voor waarheid en gerechtigheid
We moeten opstaan. Niet uit haat, maar uit liefde voor waarheid. Niet uit woede, maar uit een hart dat verlangt naar echte gerechtigheid. Niet om te veroordelen, maar om onze Joodse medeburgers niet in de steek te laten. Om Israël te steunen terwijl het strijdt voor haar overleving.
Wie de waarheid liefheeft, moet durven spreken.
Psalm 89:34 — “Mijn verbond zal Ik niet breken, noch zal Ik iets veranderen van wat mijn lippen uitging.”
Shalom, Dre
Maak jouw eigen website met JouwWeb